Prepositions

Een voorzetsel is een woord (of groep woorden) dat de delen van een zin met elkaar verbindt. Ze kunnen worden gebruikt om dingen te plaatsen in de tijd, op een locatie, in een richting, enz.

Voorbeelden

  1. The cat is in the house.

  2. I have been studying English since 2015.

In het eerste voorbeeld plaatst het voorzetsel in de kat op een bepaalde locatie.

In het tweede voorbeeld vertelt het voorzetsel since ons hoe lang de actie al plaatsvindt.


Er zijn veel verschillende voorzetsels en ze kunnen verschillende rollen spelen. Hier zijn een paar veelvoorkomende:


Above Among Achter Tussen In Off Under
Across Around Below By Into Op Upon
Against At Beneath Down Near Naar With
Along Before Beside Van Of Toward Within

Er zijn natuurlijk nog veel meer voorzetsels in het Engels en als je blijft leren, zul je ze langzaam ontdekken.

Een paar handige tips:

Vertaal voorzetsels niet direct van je moedertaal naar het Engels. Dit kan vaak tot een fout leiden.

Blijf LingQ content lezen en beluisteren om te zien wat de meest voorkomende voorzetsels zijn en in welke situaties ze gebruikt worden. De beste manier om te leren is om te blijven lezen en te proberen op te merken welke voorzetsels moedertaalsprekers meestal gebruiken.